Gemeenten helpen elkaar met huisvesting bedrijven

Delft wil nauwer samenwerken binnen regio Haaglanden

Bron: Algemeen Dagblad, 12 november 2019

Tekst: Carel van der Velde& Rémon van Zuijlen

Foto's : AD, Fred Leeflang

Delft wil, als het gaat om economisch beleid, nauwer samenwerken met andere regiogemeenten. Ze gaan elkaar helpen met het ontwikkelen van bedrijfsterreinen.

Delft heeft dit voornemen geuit bij de stichting Businesspark Haaglanden. Een samenwerking tussen verschillende gemeenten in de regio, die elkaar helpen in plaats van beconcurreren bij het ontwikkelen van bedrijfsterreinen. Door naar elkaar te verwijzen, denken de gemeenten ondernemers meer keuze te kunnen bieden en komt een bedrijf met verhuisplannen op de best mogelijke plek terecht. 

Tot nu toe doen Den Haag, Rijswijk, Midden-Delfland en Pijnacker-Nootdorp al mee aan het samenwerkingsverband. Behalve Delft wil ook Zoetermeer zich bij de in 2016 opgerichte stichting aansluiten.

Schaarste 

Bedrijfsgrond in Delft is schaars. De gemeente verwacht veel van de herontwikkeling van het Schieoeversgebied, waar na sanering van oude bedrijven ruimte moet komen voor woningen en de maakindustrie. De stad zoekt hierbij samenwerking met gemeenten in de regio.

De vraag naar bedrijfsruimte in de regio Haaglanden is op dit moment groter dan het aanbod. Stichting Businesspark Haaglanden probeert in overleg met de zoekende bedrijven de best passende locatie te vinden op de bedrijventerreinen van de aangesloten gemeenten.

De schaarste wordt deels verklaard door de grote populariteit van de Haagse regio in de logistieke bedrijfstak. In de Harnaschpolder langs de A4 en bij de afslag Zoetermeer (A12) verrijzen enorme distributiecentra van supermarkten en online warenhuizen.

Juist gisteren waarschuwde het Planbureau voor de Leefomgeving (PBL) in een rapport voor de ruimtelijke claims van onder meer bedrijfsterreinen vol data- en distributiecentra, windmolens en zonneparken. Die gaan ten koste van het schaarse open landschap.

Risico

Landschapsarchitect en hoogleraar Adriaan Geuze vindt dat het gevaar met name in de zeer dichtbevolkte Haagse en Rotterdamse regio groot is. Geuze vindt dat de ontwikkeling van bedrijfsterreinen niet aan de gemeenten kan worden overgelaten.

Geuze pleit voor een versterking van de rol van de provincie Zuid-Holland, die in het verleden een veel grotere rol had in de ruimtelijke ordening en inrichting. ,,We kunnen dit belangrijke onderwerp niet toevertrouwen aan wethouders", zegt Geuze.

'We kunnen dit belangrijke onderwerp niet toe­ver­trou­wen aan wethouders'

Adriaan Geuze, landschapsarchitect

 

 

 

Langs de snelwegen rond Den Haag rukt de verdoving in rap tempo op. Grijze distributiecentra bepalen het beeld. En er komen er nog meer bij.

De grote, grijze dozen rukken op: "Door gebrek aan planning groeit Haagse regio dicht’'

Eef Holtkamp fietst op zijn dooie akkertje over de Harnaskade, een stokoude polderweg in Den Hoorn die parallel loopt aan de A4. De zeventiger uit Den Hoorn rijdt langs dichtgetimmerde tuinderswoningen. Ze wachten op sloop, waarna op de vrijgekomen grond bedrijfsruimten kunnen worden gebouwd. 

Aan de overzijde van de kade is het al zover. Waar tot voor kort een open landschap was, verrijzen onder de hoogspanningsmasten drie grote grijze dozen op een terrein waarop tien voetbalvelden passen.

Holtkamp stapt af voor een praatje. Hij ziet de bouw van de door DHG ontwikkelde distributiecentra hoofdschuddend aan. ,,Vroeger had je hier kleinschalige kassen. Als tiener werkte ik daar zestig jaar geleden. Kleine vrachtscheepjes voeren over de Harnaschwatering naar het Westland. Het uitzicht is naar de knoppen. En door de aanleg van de A4 is het doorgaande water afgesneden. Bootjes zie je hier ook al niet meer.”

Getuige

Holtkamp (‘mijn tijd zal het wel duren’) is getuige van een in rap tempo veranderend landschap. Sinds het doortrekken van de A4 ligt de Harnaschpolder op tien minuten rijden van zowel de Haagse als de Rotterdamse regio. Distributiecentra hebben het gebied ontdekt. Post NL en DHL zitten er al, net als diverse grote transportbedrijven. De logistieke dienstverlener Van der Helm Groep opent rond de kerst een distributiecentrum van 37.500 vierkante meter.

Niet alleen ten zuiden, maar ook ten oosten van Den Haag zien automobilisten vanuit hun ooghoek steeds meer distributiecentra. Dat geldt in het bijzonder voor Zoetermeer, waar binnen en net buiten de gemeentegrens in rap tempo nieuwe grijze dozen verrijzen.

Langs de A12 is de bakkerij van grootgrutter Hoogvliet gebouwd. In aanbouw is het bijbehorende distributiecentrum van 72.000 vierkante meter dat volgend jaar open moet gaan. Direct er achter, en dus buiten het zicht vanaf de A12, zijn sinds kort grote distributiecentra van HelloFresh, Tool Station en Aldi te vinden. Ook grootgrutters als Dirk en Albert Heijn hebben grote grijze dozen laten neerzetten in de directe omgeving van afslag Zoetermeer. Vrachtwagens rijden af en aan, om in de wijde omtrek supermarkten te bevoorraden met brood, groente, vlees en andere voedingsmiddelen.

Geschrokken

De bekende landschapsarchitect en hoogleraar Adriaan Geuze schrok bij een recent bezoek behoorlijk van de ontwikkelingen langs de A12. ,,Bij Zoetermeer begon nog niet zo lang geleden het Groene Hart, de buffer waar stedelingen zouden moeten kunnen recreëren. In Zoetermeer en Bleiswijk zijn ze dat kennelijk vergeten. Een waardevol landschap is opgeofferd aan fastfoodketens, distributiecentra en een hoogspanningsstation. Maar wethouders vinden dit geweldig. Het brengt geld in het laatje. En ze noemen de werkgelegenheid als argument. Maar dit is niet wat Nederlanders willen. Daar is veel en goed onderzoek naar gedaan.‘’

Geuze verwijst naar het Planbureau voor de Leefomgeving, dat juist gisteren een alarmerend rapport presenteerde over het Nederlandse landschap. Dat wordt ernstig bedreigd door de komst van data- en distributiecentra, windmolens en zonneparken.

,,De Haagse en Rotterdamse regio dreigen mede door de komst van die enorme distributiecentra aan elkaar vast te groeien”, zegt Geuze. ,,In dit gebied moet je heel voorzichtig zijn. Maar een goede planning ontbreekt, waardoor iedere gemeente zijn eigen distributiecentrum ontwikkelt.‘’

De werkelijkheid trekt zich vooralsnog weinig aan van zijn noodkreet. Aan de bouwdrift is nog lang geen einde gekomen. Jumbo bouwt straks aan de zuidzijde van de A12 een enorme loods voor de distributie van online bestelde boodschappen. Het complex van 11,2 hectare komt te staan tegenover het distributiecentrum van Hoogvliet, aan de andere kant van de A12 en net over de grens met Zoetermeer.

Als klap op de vuurpijl heeft Zalando Bleiswijk uitgekozen als distributiecentrum voor de Benelux. Het online warenhuis bouwt een doos waar 22 voetbalvelden in passen. In het magazijn worden zestien miljoen artikelen opgeslagen. Als doekje voor het bloeden mag gelden dat Zalando geen ’gras vreet’. Het enorme complex, met een zee aan zonnepanelen op het dak, neemt de plaats in van de in onbruik geraakte veiling.

De bedrijven roemen stuk voor stuk de strategische ligging. Vanuit Zoetermeer ben je snel in Den Haag, Rotterdam, Amsterdam en Utrecht, als het verkeer wil meewerken tenminste. ,,De ligging staat ons erg aan”, vertolkte directeur Kenneth Melchior van Zalando Noord-Europa onlangs een breder levend gevoel. ,,We kunnen gebruikmaken van de bestaande infrastructuur van het bedrijventerrein. Bovendien ligt het vlakbij de A12 en in het hart van de Randstad.’’

Profileren

De woordvoerder van Jumbo wijst op het net geopende station Lansingerland-Zoetermeer. Jumbo en andere distributiecentra zijn hierdoor goed bereikbaar voor toekomstige medewerkers. De bedrijven gaan duizenden mensen aan het werk helpen.

Adriaan Geuze realiseert zich terdege dat Nederland zich als een internationaal distributieland profileert. En dat daar een enorme behoefte aan grote opslagcentra uit voortvloeit. ,,Op de Tweede Maasvlakte komen soms vijf schepen per dag aan met elk 25.000 containers. Die komen voor een deel in pakhuizen terecht.Mijn idee: concentreer die distributiedozen in het Rotterdamse havengebied, bij Tilburg en rond Venlo. In de praktijk zie je ze op tientallen plaatsen en dus ook in Den Hoorn en Zoetermeer. Maar in de Haagse agglomeratie moet je dat eigenlijk helemaal niet willen.‘’

Volgens Geuze, zelf inwoner van Zuid-Holland, is de ‘verdozing’ het gevolg van een gebrek aan planning. ,,Gemeenten kijken niet verder dan hun neus lang is. Maar wat niet iedereen zich realiseert: we hebben die open ruimte ook om economische redenen keihard nodig. Internationaal zie je dat succesvolle regio’s goed onderwijs, cultuur, schone lucht en ruimte om te recreëren in de aanbieding hebben. Wil je Beieren zijn, de meest succesvolle regio waar je rond de stad natuur in overvloed hebt? Of het Ruhrgebied, dat volgebouwd is en op zijn retour? Dat proces kun je sturen. Als je de regie pakt. Wat mij betreft, pakt de provincie Zuid-Holland die rol veel sterker op.‘’

Het nieuwe distributiecentrum van Zalando wordt 22 voetbalvelden groot ©Fred Leeflang

'Het uitzicht is naar de knoppen'

Eef Holtkamp

De ‘verdozing’ in de regio Haaglanden staat niet op zichzelf. De grote claim van distributiecentra van warenhuizen, supermarkten en transportbedrijven in onder meer Zoetermeer en Den Hoorn is een voorbode van een steeds hardere strijd om de schaarse ruimte.

Dat voorspelt het Planbureau voor de Leefomgeving (PBL), het nationale instituut voor beleidsanalyse op het gebied van milieu, natuur en ruimte.

Met name in de zeer dichtbevolkte regio’s Haaglanden en Rijnmond zullen nieuwe ruimteclaims voor woningbouw, infrastructuur, nieuwe bedrijven, de energietransitie, klimaatadaptatie en natuurontwikkeling grote gevolgen hebben voor het landschap.

Het PBL pleit daarom voor een beleid waarin het landschap niet langer als sluitpost fungeert. Betere bescherming zou volgens het adviesorgaan wettelijk kunnen worden geregeld in het Besluit kwaliteit leefomgeving.

 

 

 

 

 

 

'Wat niet iedereen zich realiseert: we hebben ook die open ruimte nodig'

Adriaan Geuze